Categoriearchief: Chung Hwa Hui

Chinese studenten in Nederland in de tijd van pa Hong

Discriminatie van Chinezen hebben wij, kinderen van pa Hong, nooit aan den lijve ondervonden, of nee, wij hadden niet het gevoel dat het met ons te maken had. Pa Hong vond dat wij trots moesten zijn op onze Chinese roots. Wij, ja ook de meisjes, kregen allemaal een generatie naam en op onze geboortekaartjes stond ook onze naam in Chinese karakters. Chinees Nieuwjaar werd nooit overgeslagen, we moesten met stokjes kunnen eten en respect tonen voor andere mensen (altijd zorgen voor een eervolle aftocht) en zo zijn er vast meer dingen te noemen. Verder kregen wij een westerse opvoeding en waren wij dokterskindertjes waardoor wij zomaar een bevoorrechte plaats in de samenleving kregen. Woorden als Inda-pinda-poepchinees, of ‘het gele gevaar’ stonden ver van ons af. Veel verder dan het van pa Hong afgestaan heeft in zijn jonge jaren hier in Nederland. Een duidelijke confrontatie vond plaats in de dertiger jaren in zijn studententijd in Leiden.

Het artikel van Tom Hoogervorst en Melita Tarisa ‘The screaming Injustice of Colonial Relationships’: Tracing Chinese Anti-racist Activism in the Netherlands, Bijdragen tot de Taal- Land- en volkenkunde 177 (2021, 27-61) was aanleiding om nog eens in de studentenjaren van pa Hong te duiken. Je kunt hier het artikel downloaden.

Wij weten dat pa Hong een mooie studententijd heeft gehad. Veel interesses, zoals taalcursussen en (studie)reizen naar Engeland, Duitsland, Frankrijk. Ook met en voor de Chinese studentenvereniging Chung Hwa Hui was hij veelvuldig op stap. Chung Hwa Hui was waarschijnlijk het kader waarin hij zijn studentenleven leidde. Midden dertiger jaren drukte hij ook als president van CHH een stempel op de opstelling van de vereniging. Hierover wordt ook gesproken in het bovengenoemde artikel. Dat was ook aanleiding om nog eens beter te kijken naar wat er zoal speelde in de dertiger jaren rond student pa Hong.

De rede van pa Hong uit 1936 bij het 5e lustrum van CHH stond al op de site. Het artikel van Hoogervorst en Tarisa geeft daarvoor de achtergrond.

Dit is wat we weten van pa Hong zelf over die tijd. Hiervoor gaan we terug naar een stuk uit de lezing die pa Hong heeft gehouden voor ‘zijn’ Rotaryclub in Maastricht:

‘Ik dacht dat we gesterkt en gerijpt werden in onze vereniging (=CHH). Retrospectief zie ik ahw een Japans tuintje waarin we zaten’ alles in het klein’ we telden 150 leden met attendance van > 70% en alle schakeringen: conservatieven, progressieven, ja zelfs communisten kon men er vinden, de debatten waren fel (chin kun lawaai maken), er werd wel zeer veel prijs gesteld op eloquentie en goed gesteld Nederlands. Menig functie heb ik daar bekleed, alleen nooit penningmeesterschap, maar als ik later een communist, die ik fel had bestreden, zou ontmoeten als collega in Maastricht, dan was de verhouding door tijd verzacht en leek alles vergeten.’

Van mrt 1932 tot nov 1932 was pa Hong 2e commissaris van het bestuur van Chung Hwa Hui . Van nov 1932 tot nov 1933 secretaris. Van nov 1934 tot nov 1935 en van november 1935 tot nov 1936 tenslotte president van Chung Hwa Hui. Het bestuur werd genoemd naar zijn president. Dus werd gesproken over het bestuur TKH.

Er was ook toen al in het (schokkende) gedicht dat de Indologenvereniging (IV) in 1935 in haar blad plaatste, sprake van racisme, je kunt er ook een voorbode van nazisme in lezen (lees hiervoor het artikel van Hoogervorst en Tarisa). Dat gedicht was de lont in het kruitvat in die roerige jaren.

Solidariteit met China, solidariteit met de mensen die voor de onafhankelijkheid waren van Indonesia (STPI) en solidariteit met Nederland, gastland maar ook koloniaal overheerser, alles liep door elkaar in die dertiger jaren. Valse aantijgingen over en weer, verhitte discussies. Daarin moest pa Hong zich bewegen.

Pa Hong en zijn bestuur wilden een plaats creëren waar alle Chinese studenten, ver van huis, zonder politieke beslommeringen, zich thuis konden voelen met elkaar.

Veel activisten waren het niet met hem eens. Zij wilden meer actie en veroordeelden de ‘slappe houding van het bestuur TKH’.

In de rede van pa Hong als president in het 5e lustrumjaar van CHH in 1936 stelt hij in rustige, bewoordingen de felle discussies (zoals pa Hong ook stelt: ‘er werd wel zeer veel prijs gesteld op eloquentie en goed gesteld Nederlands‘) binnen CHH aan de orde. Zijn toespraak is hier terug te lezen.

Nogmaals de rede van pa Hong in 1936 en Klaas Stutje

Dat is een beetje suf. Al tijden geleden heb ik gehoord van die toespraak. Het ging toen niet om die rede, die was eigenlijk op dat moment een bijvangst. Beetje excuus? Klaas Stutje heeft toen uitgebreid gereageerd op mijn vragen. Lees hier nog maar eens zijn bericht. Ik weet nog dat ik in die tijd naar het IISG ben geweest en dat ik daar helemaal ondersteboven was van alles wat ik over pa Hong vond. Over hem en van hem, ook in zijn eigen zo herkenbare handschrift. Ik was toen ook bezig met de sterren op de voetbaltenues. Andere insteek, dat wel, maar geen echt excuus. Misschien toch maar eens beginnen aan het in de tijd zetten van pa Hong’s leven, zeker in zijn studententijd.

Rede van pa Hong 5e lustrum CHH

Op 15 april 1936 hield pa Hong als president van Chun Hwa Hui de onderstaande rede. Wij werden hierop geattendeerd door Que Soei Keng die ons het artikel: The screaming injustice of colonial relationships: tracing chinese anti-racist activism in the Netherlands van Tom Hoogervorst en Melita Tarisa in: Bijdragen tot de aal- enland-, en volkenkunde 177 (2021) 27-61, mailde. Tom Hoogervorst zorgde ervoor dat wij de redevoering (een kopie van Klaas Stutje) ontvingen. We komen later terug op het artikel.

Voor ons is het altijd weer bijzonder om stukjes verleden van pa Hong terug te vinden. Wij weten natuurlijk dat hij verschillende bestuursfuncties heeft bekleed bij CHH, met name door de foto’s die er zijn. Van de inhoudelijke kanten van zijn bestuursfuncties weten wij eigenlijk nauwelijks iets. Daarom alleen al is zijn rede een cadeau. De rede staat geprint in het orgaan van CHH met aantekeningen van pa Hong. Zijn handschrift is duidelijk herkenbaar!

n.b.: als je dit bericht in je mail opent, dan krijg je de tekst van de rede niet te zien. Je kunt dan het beste naar de site gaan.

Het is niet zo’n mooie kopie, maar absoluut de moeite waard!

Ong Tik Hwie, zoon van Ong Kiem Hok en Tijioe Hian Nio

Ong Tike Hwie en zijn vrouw

Het is altijd zo fantastisch als via deze site kinderen van oude bekenden van pa Hong opduiken. De vader van Ong Tik Whie en zijn vrouw waren ook lid van Chung Hwa Hui.
Hieronder het eerste kontakt met Ong Tik Hwie (Tik Ong):

Ik heb mijn ouders op enkele foto’s gevonden. Mijn vader was Ong Kiem Hok. Toen hij Leiden aankwam was hij al getrouwd met mijn moeder Tjioe Hian Nio. Helaas zijn hun generatiegenoten er niet meer en kan ik ook niemand meer vragen naar hun leven. Ik ben ook op zoek naar informatie.

Uiteraard heb ik dit onmiddellijk voorgelegd aan Tjoe Lan. Zij antwoordt:

Ong Kiem Hok en zijn vrouw Jopie waren goede vrienden van mijn ouders. Ze hadden Jopie (Tijioe Hian Nio) nog opgezocht in Rijswijk. Ik weet dat hun zoon René heet (weet niet of dit Tik Hwie  is ) en bezit ook enkele foto’s van hen. Staan ook op foto’s die op de site staan.’

Tjoe Lan stuurde twee foto’s op, die ik uiteraard doorstuurde naar Tik Ong. Het gaat om deze twee foto’s:

Op de pagina losse foto’s staat deze als nr 15 met heel veel namen
Ong Kiem Hok, Tijioe Hian Nio (Jopie) en oudste zoon René

De reactie van Tik Ong:

‘Mijn moeder zit op de 1st foto midden 2de van rechts. En vader zit links achter haar.Mijn vader was in Indonesië afgestudeerd. Na hun huwelijk zijn ze naar Nederland gekomen zonder mijn broer die bij de oma in Surabaja achterbleef. Later heeft mijn moeder mijn broer Ong Tek Tjhiang (René) opgehaald. Die staat op de 2de foto.Hij is helaas al overleden. Ik ben een nakomertje en nog de enige die overblijft. Met mijn schoonzuster, weduwe van René, probeer ik nu hun verhaal op te schrijven. Helaas heb ik weinig info of foto’s van die periode in Leiden.Mijn ouders hebben in de Juffermanstraat in Oegstgeest gewoond naast nog een Chinees Indisch echtpaar.
Volgens mij was Ien Ko een dochter van dit echtpaar. Is Tjoe Lan Lim-Ko familie van hun?
Ik heb een aantal bekenden op de foto’s gezien. Tan Hay Siang, Liem Tjiauw Yoe.Ik zag dat je al contact hebt met Poplin. Een goede kennis. Toen we in Indonesië waren, heeft ze wat reisjes voor ons geregeld.
Liem Tjiauw Yoe is getrouwd met mijn tante Siam.
Ik zou het wel leuk vinden om met Tjoe Lan in contact te komen. Je mag mijn email wel op de website zetten. Ik ben een jongere broer van Rene. We schelen 17 jaar. Ik ben in 1966 in Nederland gekomen. Ik denk dat mijn schoonzus het ook leuk zou vinden om Tjoe Lan te ontmoeten. Jeugdfotos van René zijn weg.
Ik zal kijken of ik nog oude foto’s kan vinden.
Leuk om via deze weg kennis te maken.
Liem Tjiauw Yoe is mijn oom.

Ik zal jullie site door sturen naar mijn nicht.

Peranakans tussen drie werelden

Dat is interessant met terugwerkende kracht. Met Kerstmis 1990 gaven we aan pa Hong het boek van Leonard Blussé: Tribuut aan China: vier eeuwen Nederlands-Chinese betrekkingen,
Het raakte me te zien dat pa Hong het boek ook echt gelezen heeft. Hij heeft allerlei dingen onderstreept. We hebben het er helaas nooit over gehad.
De paragraaf die gaat over ‘de peranakans tussen drie werelden‘ is voor de geschiedenis van pa Hong met name interessant. Deze gaat nl. over de tijd van pa Hong zelf, over mensen die hij in Leiden kende uit de Chung Hwa Hui. Pa Hong vond dit zelf ook, gezien de vele onderstrepingen.
Een vraagteken staat bijvoorbeeld bij de zin waarin staat dat Tjan Tjoe Som……..’verkiezing tot voorzitter van de Chinese Studentenbond, de Chung Hwa Hui’.  Horen de vraagtekens bij de naam: studentenbond, terwijl het een vereniging was of bij de term voorzitter, waar altijd gesproken wordt over president. Of bij de naam Tjan Tjoe Som, die in 1945/1946 voorzitter/president was, dus na de tijd van pa Hong, maar pa Hong kende hem wel, alsook zijn broer. Jammer genoeg zullen we het nooit weten.

Het boek van Blussé is de moeite waard, zeker ook de pagina’s 172 – 175 leren ons weer meer over het leven van pa Hong in Leiden. Er komen weer heel wat onderstreepte namen in voor. Misschien zijn deze mensen wel bij anderen bekend

Hopelijk vindt Blussé het goed dat ik deze vier pagina’s uit zijn boek heb gescand.

Leonard Blussé, 1989.

witte anjers

Naar aanleiding van de suggestie van Boelli Liem dat de foto uit 1936 gemaakt zou kunnen zijn ter ere van de verloving van Juliana en Bernhard, haal ik deze foto nog eens terug. Hij staat bij de losse foto’s (nr 25) en onze tekst luidt:

Zou de witte anjer iets met prins Bernhard hebben te maken? vlnr: Koo Liong Bing, Tan Hay Siang, pa Hong, maar wie zijn de andere twee? Geen bestuursleden uit het CHH bestuur van het lustrumjaar 1936. Wie wel, wat , wanneer?

Stel dat het uit 1936 zou zijn, zou het dan kunnen zijn naar aanleiding van de verloving van Juliana en Bernhard of deed hij toen nog niet aan witte anjers?

Foto ca. september 1936

We zijn eruit. De onderstaande foto zat ook in het album van Yap Kioe Bing. Net even anders dan die van Boelli Liem. Wat de datering betreft gaat Boelli mee met de datering van Kioe Bing: najaar 1936 is toch het meest waarschijnlijk.

ca. september 1936

Grappig is dat deze foto veel ongeordender is dan de eerdere foto en dat niet iedereen er nog op staat. We weten wel al heel wat meer namen, de mensen zijn soms iets verschoven

Achterste rij: vlnr 1e Elfriede Liem (vrouw van Liem Tjoen Tiong) 3e Tjoa Sie Yong,  6e Tjoa Sie Hwie, 11e Ko Swan Ik.
Middelste rij; vlnr. 3e Liem Tjoen Tiong, 4e Que Keng Lead, 14e Que See Sien.
Zittend vlnr: 1e Tan Kian Hong, 4e  Tan Hay Siang, 8e Yap Tjok King (vader Kioe Bing), zittend op de grond voor de tafel vlnr 4e Oei Kok Ping

We zijn benieuwd of er nog meer mensen zijn die deze foto hebben/mensen herkennen!

Pa Hong de fotograaf

Ja ja, ik zei toch dat ik de vrouw in Sjanghai dress al eerder had gezien. Het was idd tussen de foto’s van pa Hong!

uitvergroting foto Boelli Liem 1936

En als we deze foto en de foto van Boelli Liem naast elkaar leggen, dan zien we dat dit dezelfde foto is, maar dat pa Hong deze mooie dame op die foto heeft uitvergroot! Weet iemand wie zij is?

Yap Kioe Bing denkt ook dat hij de dame herkent:
‘De dame komt mij ook bekend voor. Mijn Picasa gezichtsherkenning denkt aan de mevrouw die ook op foto’s van het AVRO uitje staat: Liem Tjiauw Yoe maar ik vind dat lastig te zeggen.’

Tjoe Lan voegt hier later aan toe:
‘De vrouw in shanghai dress is niet mw Liem Tjiauw Yoe. Ik kende  mw LTY en heb haar ongeveer 40 jaar geleden nog ontmoet. Ik dacht dat haar dochter  in Eindhoven woont (??)’

Wie is zij dan wel?

Het klopt wel dat zij op de AVRO foto’s staat. Maar na enig uitzoek- en navraagwerk van Han Go, blijkt dat het Han Tja Nio (zus Han) is.  Het  moedervlekje onder haar mond bleek een belangrijke aanwijzing. Hieronder een detail uit een foto van Han Go.

zus Han: vrouw in het midden met moedervlekje onder haar lip

De uitvergroting van zus Han door pa Hong klopt dan ook weer met het verhaal dat pa Hong zus Han erg leuk vond :). En wat ik me ook kan voorstellen is dat pa Hong dat moedervlekje heel charmant vond. Hij hield wel van zulke details.

Tjoe Lan geeft de namen van de geportretteerden:
Vlnr. Liem Tjiauw Yoe, Ong Kiem Hok, Tan Tjoan Keng.
middelste rij: Jopie Ong Kiem Hok – Tjioe, Zus Han (Tjia Nio), Ietje Koo Liong Bing
vooraan: Tjan Tjoe Siem.

naturalisatie pa Hong

Nog steeds op zoek naar de feiten achter de naturalisatie van pa Hong. Gemeente archief Maastricht benaderd, nog geen antwoord. In het trouwboekje van pa Hong en ma Ans staat ook geen nationaliteit genoemd. Alleen dat pa Hong in ‘Indonesië (N.I.)’ geboren is.

Nog een leuk weetje gevonden op Wikipedia
‘De eerste Peranakan-Chinezen kwamen in de eerste jaren van de twintigste eeuw naar Nederland om te studeren. Voor de Eerste Wereldoorlog studeerden ongeveer 50 peranakan studenten in Nederland, en in de jaren 20 en 30 groeide hun aantal tot een jaarlijks gemiddelde van ongeveer 150 personen. Velen volgden een rechtenstudie aan de Universiteit Leiden, maar ook medicijnen in Amsterdam, technische studies in Delft en economie in Rotterdam waren populair.

In 1911, richtten peranakan studenten de Chinese vereniging Chung Hwa Hui (CHH) op, in navolging van Tiong Hoa beweging in Nederlands-Indië en de opkomst van de Kwomintang in China. Kennelijk voelden zij zich niet aangetrokken tot de Indische Vereeniging die drie jaar daarvoor was opgericht. De CHH zag het als haar taak om de Chinese studenten op te vangen, en om gezelligheid en eventueel financiële en praktische steun te bieden. In elke grote universiteitsstad was een afdeling en er waren diverse subcommissies.[2]

In de periode 1945-1959 vestigde zevenentwintig procent van de Indonesische Peranakan-Chinezen zich in Nederland. In de periode 1960-1969 achtenveertig procent en in de periode 1970-1979 tweeëntwintig procent. Slecht drie procent kwam in de jaren tachtig naar Nederland.

De oudere generatie Peranakan-Chinezen in Nederland gekenmerkt zich door het hoge opleidingsniveau. Zij kwamen uit families die vóór de onafhankelijkheid van Indonesië zeer rijk waren. Alleen de rijkere Peranakan-Chinezen konden de reis naar Nederland betalen. Meer dan de helft heeft een hogere of universitaire opleiding genoten, terwijl vijfenveertig procent van hen een middelbare opleiding achter de rug heeft. Het percentage mannen met een hogere of universitaire opleiding is met eenenzeventig procent aanzienlijk hoger dan bij de vrouwen (33%). Dit is zeer hoog vergeleken met autochtone Nederlanders. Bij de oudere autochtone Nederlanders heeft een derde van de mannen en ruim de helft van de vrouwen niet meer dan een lagere schoolopleiding gevolgd.’

Boelli S. Liem

Deze mail kregen wij onlangs van Boelli:

‘Nog een verrassings foto! Kreeg van mijn zus een hele zak met oude foto`s en deze zat er tussen.
Volgens mij is links aan tafel je vader gezeten. Staand bovenaan links is mijn moeder, nogal dik zwanger van mij. Dat moet dan begin 1936 zijn. Mijn vader staat voor haar 3e van links. Welke gelegenheid dit is weet ik niet. Chinees Nieuw Jaar 1936 ? Misschien kan Tjoe Lan of Han de namen van de aanwezigen vinden. Achterop staat een stempel: Foto Bleu7 (oid), Apothekersdijk 2, Leiden.
Leuk toch weer……weer iets voor jullie site?’

Begin 1936

Ja hoor, links vooraan is pa Hong. Deze foto kende ik al, maar ik kan hem niet zo snel terug vinden. En deze mooie mevrouw in het midden ook. Zij staat op meer foto’s.
Inderdaad Boelli een leuke aanvulling voor de site. Dank!

Tjoe Lan en/of Han willen jullie ons verder helpen?

En natuurlijk laat Tjoe Lan ons nooit in de steek! Zij herkent de volgende mensen:
Achterste rij: vlnr 1e Elfriede Liem (vrouw van Liem Tjoen Tiong) 3e Tjoa Sie Yong,  6e Tjoa Sie Hwie, 11e Ko Swan Ik.
Middelste rij; vlnr. 3e Liem Tjoen Tiong 6e Que Keng Lead, 17e Que See Sien.
Zittend vlnr: 1e Tan Kian Hong, 5e  Tan Hay Siang, 6e Han Tja Nio (zus Han) 8e Yap Tjok King (vader Kioe Bing), zittend op de grond vlnr: 4e Oei Kok Ping.

Daar hebben wij dus aan toe gevoegd:
achterste rij staand li: moeder Boelli Liem: Elfriede Kapusta
middelste rij staand: 3e li: vader Boelli (Liem Tjoen Tiong)

Tjoe Lan vraagt zich af of de dame naast pa Hong soms Be Que kan zijn? Wie weet dat?

Kioe Bing voegt er de namen van zijn vader en Oei Kok Ping aan toe.

Van Han Go kregen we ook nog de volgende namen:
16e staand vlnr is mogelijk Que Keng Hong en misschien is de 7e vlnr staand  ook nog Lie Bing Tien

Navraag bij Yaoke Lie levert de volgende namen op:
‘Achter oom Hay Siang staat Tjioe Bian Hing  alsook mijn moeder Frieda Njoo ( lichte jurk) en links naast haar op foto mijn vader Lie Bing Tien’.

update 29 april van Tjoe Lan:
‘Na weer gekeken te hebben.1e foto. Achterste rij 2e van links. met gesloten ogen The Boen Hwan en middelste rij staand 4e van links: zijn vrouw Annie The Boen Hwan.’

De foto is nu gedateerd en dus staat hij nu ook op de pagina Studentenjaren in Leiden